Geschreven door lactatiekundige Lien Verdickt
Kloven, borstontstekingen, verstopte melkkanaaltjes, stuwing, … Kleine en grote kwaaltjes vliegen je vaak om de oren wanneer er gepraat wordt over de eerste dagen en weken van de borstvoeding. En dat is zonde want: borstvoeding hoort geen pijn te doen!
Eerste keer
Wanneer je pas bevallen bent en voor de eerste keer je kindje gaat aanleggen, kan het natuurlijk wel heel nieuw aanvoelen. Sommige mama’s ervaren zelfs een soort van aanhappijn: een ongemakkelijk gevoel dat wegtrekt tijdens het voeden.
Als je de sensaties tijdens die eerste voedingen aanvoelt als pijn of wanneer het gevoel niet wegtrekt tijdens de voeding zelf is het eigenlijk al tijd om aan de alarmbel te trekken. Borstvoeding is geen kwestie van doorbijten.
Kleine problemen, heel eenvoudige oplossingen
Hoe sneller je dus contact opneemt met een lactatiekundige, hoe eenvoudiger je pijnloos kan gaan voeden. In afwachting van een afspraak kan je zelf al experimenteren met andere aanleghoudingen. Vaak helpt het namelijk om een kindje net iets anders aan te leggen, iets groter te laten happen aan de borst, … om heel wat kleine klachten te laten verdwijnen.
Lanoline of kokosolie zijn, naast anders aanleggen, een tweede wondermiddel. Smeer gerust een laagje lanoline of kokosolie op je tepels na de voeding. Het voorkomt vaak erger en ondersteunt bovendien de genezing.
Onthou vooral dat je het niet alleen hoeft te doen! Je lactatiekundige is er om er samen met jou voor te zorgen dat jij net zolang borstvoeding kan geven als je zelf wil en dat dit pijnloos kan verlopen. Pijn is immers een van de grootste redenen waarom mama’s vroeger dan gepland stoppen met borstvoeding geven en dat is natuurlijk zonde.
Naast pijn is de hoeveelheid melk die je als mama hebt een tweede grote reden om de borstvoeding vroeger dan gewenst te staken. Mama’s die te veel melk hebben of die het gevoel hebben te weinig melk te hebben, … lopen al snel tegen heel wat problemen en onzekerheden aan. Ook hier kan een lactatiekundige helpen want een tweede grote misvatting is het idee dat je te weinig melk zou kunnen maken.
Bijna elke mama is biologisch gezien in staat een kind te voeden, als ze dat wil
We willen het allemaal goed doen voor onze kindjes en het is belangrijk te weten dat ons lichaam dat ook wil. Wanneer je lichaam een kindje negen maanden draagt, wil het er immers ook voor zorgen dat dat kleine kindje daarna gevoed kan worden.
Al tijdens de zwangerschap legt jouw lichaam de basis om borstvoeding te gaan geven, of jij daar nu voor kiest of niet. Omwille van de zwangerschapshormonen gaan die cellen op dat moment nog niet veel, soms zelfs geen, melk produceren. Het is pas wanneer, na de geboorte, alle placenta-hormonen uit je lijf verdwenen zijn dat je lichaam alle melkcellen in actie laat schieten.
Vaak geven mama’s aan dat ze een paar dagen na de geboorte ineens volle, gestuwde borsten hebben. Dat is normaal: je lichaam wil zeker genoeg melk maken en gaat de komende dagen en weken gaan uitvissen hoeveel nu net genoeg is.
Hoeveel en wanneer voeden?
Op vraag van je kindje gaan voeden, zonder daarbij al te veel naar de klok te kijken, helpt je lichaam om een goeie basis te leggen zodanig dat je zolang borstvoeding kan geven als je zelf wil.
Een kleine baby drinkt gemiddeld een tiental keer aan de borst per 24u. Uiteraard is er voor elk gemiddelde een kindje dat minder drinkt en een kindje dat meer drinkt. Toch is het zowel voor je kindje als voor je melkproductie belangrijk niet onder de 8 voedingen per etmaal (24u) te gaan.
Baby’s geven zelf aan wanneer ze willen drinken en je hoeft hun tijd aan de borst meestal ook niet te gaan limiteren of rekken. Sommige kindjes drinken op enkele minuten tijd alle melk bij elkaar die ze nodig hebben, anderen doen er een half uurtje over om, met rustpauzes erbij, hun buikje te vullen.
Hoewel kindjes zelf heel goed aanvoelen wat ze nodig hebben, kan het wel zijn dat ze een beetje onder de indruk zijn van hun eigen geboorte en daardoor niet snel genoeg om voeding vragen. Hou je kindje zo veel mogelijk huid op huid (ja, echt samen in je blootje dus) bij jou. Zo wordt de temperatuur makkelijker behouden en moet je kindje ook niet veel moeite doen om een slokje tussendoor te drinken.
Twijfel je of je wel genoeg melk hebt, niet te veel melk hebt, je kindje genoeg drinkt, niet te veel drinkt, … contacteer ook dan een lactatiekundige om samen een plannetje op te stellen. Vergeet echter niet dat er maar een heel klein percentage vrouwen is dat niet genoeg melk kan aanmaken om een kindje geheel of gedeeltelijk te gaan voeden en dat de kans heel klein is dat jij daar bij hoort. Wees dus niet ongerust, zoek met je lactatiekundige uit hoe het beter kan en duik in de tussentijd in de zetel met je kindje. Het huishouden loopt niet weg en ook het (raam)bezoek kan even wachten.
Lien Verdickt werd in 2011 moeder, ze gooide het roer helemaal om. Ze besloot om haar passie in de moeder-kind-zorg na te streven. Zij is kindervoedingsadviseur, gecertificeerd lactatiekundige en deel van de huisartsenpraktijk “Groei” in Gent die jonge gezinnen helpt vanaf de kinderwens tot jonge kinderen.
