Home » Baby » Baby voeding » De eerste hapjes van je baby 🍽️ hoe pak je dat aan?

De eerste hapjes van je baby 🍽️ hoe pak je dat aan?

De overgang van melk naar vaste voeding is een belangrijke mijlpaal in het eerste levensjaar van je baby. Dit is een periode vol ontdekkingen, maar ook vol vragen. Hoe weet je wanneer je baby klaar is voor vaste voeding? Wat bied je aan? En hoe zorg je dat deze ervaring leuk en veilig blijft? In deze blog geef ik je alle informatie die je nodig hebt om met hapjes aan de slag te gaan.

Aanbeveling WHO rond borstvoeding en melkvoeding 🍼

De WHO raadt aan om een kind de eerste zes maanden na de geboorte enkel borstvoeding te geven. Indien dit niet mogelijk is, adviseert de WHO kunstmelk. Volle koemelk als drank voor de leeftijd van twaalf maanden wordt afgeraden omwille van het negatieve effect op de hoeveelheid ijzer van de baby en de hoeveelheid eiwitten die veel hoger is dan in moedermelk.

Waarom is vaste voeding zo belangrijk?

In het eerste levensjaar maakt een baby een enorme groei door. Na 12 maanden is het gewicht en de lengte van de baby verdubbeld. Om deze groei te ondersteunen, zijn voldoende energie en voedingsstoffen cruciaal. Tot ongeveer 6 maanden levert melkvoeding alles wat de baby nodig heeft.

“Na 6 maanden worden vaste voedingsmiddelen belangrijk omdat melk niet meer genoeg ijzer, zink en andere belangrijke voedingsstoffen bevat.” – Kinderdiëtiste Ann

Wereldwijd bestaat er geen eenduidige richtlijn over het beste introductiemoment van vaste voeding. We weten wel dat vaste voeding best niet gestart wordt voor de leeftijd van 4 maanden. Verder is het belangrijk om naar jouw kindje te kijken.

Wanneer is mijn baby klaar voor vaste voeding?

Dat is waneer je baby:

  • Lang genoeg rechtop kan zitten (met steun) voor de maaltijd.
  • De voeding niet meer naar buiten duwt met de tong.
  • Voldoende mondcontrole heeft om vaste voeding te verwerken in de mond.
  • Interesse heeft in voeding.

Introductie van verschillende smaken

Naast nutritionele voordelen draagt vaste voeding ook bij tot smaakacceptatie, motorische ontwikkeling en sociale vaardigheden van jouw kindje. Voedingsvoorkeuren worden immers al op jonge leeftijd gevormd en hebben een blijvende invloed op het latere leven. Kinderen hebben een aangeboren voorkeur voor zoete en zoute smaken en een aangeboren afkeer voor bittere smaken. De blootstelling aan smaken is belangrijk om later meer verschillende smaken te accepteren. Hierbij is een regelmatige blootstelling belangrijk. Dit betekent dat het aangeraden is om voedingsmiddelen regelmatig terug te laten komen.

Wat als mijn baby iets niet lust?

Is jouw kindje bijvoorbeeld geen fan van bloemkool? Schrijf het dan niet meteen af maar laat het af en toe terugkomen zodat jouw kindje aan de smaak kan wennen. Het kan ook interessant zijn om bepaalde voedingsmiddelen eens te combineren als je ze steeds exclusief aanbiedt of andersom: bepaalde voedingsmiddelen eens exclusief aan te bieden in plaats van in combinatie met iets anders. Bijvoorbeeld: bloemkool met pompoen of broccoli met courgette of daarentegen: broccoli alleen en pompoen op een ander moment.

Motorische ontwikkeling

Eten draagt bij aan de motorische ontwikkeling van jouw baby. Deze ontwikkeling verloopt stapsgewijs. De baby kan in het begin voornamelijk enkel zuigen op een tepel of een speen, nadien leert jouw baby het voedsel verplaatsen van voor achter in de mond, vervolgens start de beginnende kauwbeweging die nadien complexer en verder verfijnd wordt tot jouw kindje voeding kan kauwen en kan ronddraaien tussen de kiezen.

Sociaal aspect

Samen eten heeft naast een nutritioneel en motorisch aspect ook een sociaal aspect. Kinderen leren veel door te imiteren van ouders en broers/zusjes of leeftijdsgenoten: wat iemand anders eet, hoe die eet, of die geniet van nieuwe dingen, welk gedrag aan tafel wenselijk is enz.

“Hoewel het soms een uitdaging is, raad ik ouders van kinderen steeds aan om zoveel mogelijk maaltijden samen te eten. Kinderen die samen met hun ouders eten, eten vaak ook gezonder dan kinderen die alleen eten of voor tv eten. Dit komt doordat deze kinderen meer notie hebben van hun honger- en verzadigingsgevoel dan de andere groep.” – Kinderdiëtiste Ann

Hoe bied je vaste voeding aan? Lepelvoeding & Rapley toegelicht 🥄🥕

Waar er vroeger doorgaans gestart werd met het aanbieden van gladde papjes, zijn er momenteel verschillende manieren om voeding aan jouw baby aan te bieden. We maken een onderscheid tussen lepelvoeding of gepureerde voeding die met een lepel aan de baby gegeven wordt of de Rapley- of stukjesmethode of Baby Led Weaning (BLW). Bij deze laatste manier worden zachte stukjes voeding ter grootte van een vuist aangeboden. Soms worden beide manieren bij eenzelfde kindje gebruikt. Belangrijk bij deze laatste methode is dat de stukjes die aangeboden worden voldoende zacht zijn: je moet ze kunnen pletten door er zachtjes met je duim en wijsvinger op te knijpen. Zo kan jouw kindje ze ook pletten met de tong tegen het verhemelte. Baby’s kauwen met hun kaak en verhemelte. Ze hebben dus geen tandjes nodig om voeding te kunnen pletten

Bij beide methodes zijn er voordelen en eventuele aandachtspunten. Kies voor jou en jouw baby de manier die het beste bij jullie past en die voor jullie werkt. Waar bij de BLW-methode het kind de regie heeft, zal de baby bij lepelvoeding afhankelijk zijn van de persoon die de voeding aanbiedt. Het is belangrijk dat de voedende persoon aandachtig is voor de signalen die de baby geeft dat hij/zij verzadigd is. Hierbij is het ook belangrijk dat jouw kindje leert ontdekken: wat voelen en knoeien hoort hier bij. Door te voelen met de handen aan eten krijgt het kind veel informatie: is het kouder of iets meer lauw, is het glibberig of niet? Deze informatie is belangrijk om interesse op te wekken en jouw kindje te willen laten overgaan tot proeven. Met de stukjesmethode heeft de baby zelf controle over hoeveel en hoe snel ze eten. Met deze methode krijgt jouw kindje meteen ook veel informatie over de voeding die het aangeboden krijgt omdat het deze zelf naar de mond brengt.

Kokhalzen is normaal!

In mijn praktijk krijg ik vaak de vraag of kindjes zich niet gaan verslikken als ze stukjes aangeboden krijgen. Kokhalzen is niet hetzelfde als verslikken of verstikken. Kokhalzen is een beschermingsmechanisme dat voeding weer naar voor in de mond duwt als iets wat te groot is om in te slikken bijvoorbeeld. Dit is iets aangeboren. Bij baby’s ligt de kokhalsreflex vooraan in de mond (waar het eten binnenkomt), als de baby iets ouder wordt verminderd de kokhalsreflex een beetje en verplaatst die zich meer naar achteren (waar het eten wordt ingeslikt). Kokhalzen is dus helemaal veilig en normaal.

1.      Do’s & don’ts bij Rapley

Verslikken betekent dat er een stuk voeding in de luchtpijp terecht komt. Dit is niet veilig want het kan ervoor zorgen dat het stuk voeding de luchtpijp blokkeert waardoor jouw kindje niet meer kan ademen. Dit is een gevaarlijke situatie. Zorg er daarom voor dat je steeds geschikte stukjes / voeding aanbiedt en blijf ook steeds bij jouw kindje als het aan het eten is. Harde stukken aanbieden zoals noten, een stuk appel of rauwe wortel raad ik steeds sterk af. Maar ook voedingsmiddelen zoals blauwe besjes, kerstomaten of druiven snij je best in 4 gelijke stukken voor je ze aan jouw kindje aanbiedt. De diameter van deze voedingsmiddelen kan de luchtpijp immers volledig blokkeren bij verslikking.

2.      Do’s & don’ts bij gepureerde voeding

Hou er bij lepel- en gepureerde voeding rekening mee om de textuur aan te passen als jouw kindje groter wordt. Dit betekent dat je naast een gladde puree in het begin, naar een grovere structuur evolueert. Dit kan je doen door naast lepelvoeding ook stukjes aan te bieden, of door de textuur van jouw puree stelselmatig wat grover te maken. Kinderen die te lang enkel gladde papjes krijgen, hebben nadien een groter risico om grovere texturen te aanvaarden. In mijn praktijk probeer ik steeds aan te raden om de structuur niet plots grover te maken, maar naast de lepelvoeding stukjes apart aan te bieden. Als je aan jouw baby immers lepelvoeding geeft verwacht jouw baby een gladde pap (omdat het die zo altijd aangeboden krijgt). Als deze plots stukjes bevat, kan dit heel onaangenaam zijn waardoor er bij sommige baby’s een afkeer optreedt. Deze kan ervoor zorgen dat voeding geweigerd wordt.

🥦Tip: zorg er daarom voor dat jouw kindje zeker is wat het kan verwachten en biedt naast de groentepap nog een stuk gekookte aardappel aan dat jouw kindje in zijn/haar handje kan opeten. Op deze manier leert jouw kindje ook verschillende texturen aan, zonder dat het onaangenaam verrast wordt.

Welke voeding bied je aan?

De WHO raadt aan om de vaste voeding voor jouw kindje minstens even energierijk te maken als de samenstelling van moedermelk: dit betekent een voeding die 70kcal/100g bevat. Je kan een groentepap op de juiste manier samenstellen door te kiezen voor 1/3 zetmeel (aardappelen, pasta, granen,…) & 2/3 groenten. Hier wordt steeds een eetlepel vetstof aan toegevoegd. Deze vetstof is bij voorkeur een olie die rijk is aan onverzadigde vetten zoals koolzaadolie, lijnzaadolie, sojaolie of walnootolie.

Vanaf de leeftijd van 6 maanden heeft jouw baby een behoefte aan ijzer die via de voeding dient te worden verzorgd. Het is vanaf die leeftijd belangrijk om vlees, vis, peulvruchten of andere ijzerrijke voedingsmiddelen aan de maaltijd toe te voegen. Een toevoeging van zout in de maaltijden van jouw baby wordt afgeraden. Het gebruik van verse kruiden kan zeker wel.

Wat bij fruitpap?🍓

Je mag zelf kiezen of je start met groentepap of fruitpap. Bij een fruitpuree is het lastiger om aan de energiedichtheid te komen die de WHO aanraadt. Je kan wel werken met het gebruik van banaan, avocado of 100 % notenpasta als toevoeging. Dit zijn energierijkere voedingsbronnen naast het fruit die de maaltijd iets voedzamer en meer verzadigend maken. Op deze manier is er ook geen nood aan de toevoeging van een droge koek of koekjesmeel. Dit wordt, omwille van de hoeveelheid toegevoegde suikers afgeraden.

Het is verstandig om ook voedingsmiddelen die mogelijk allergeen zijn, wél te introduceren. Dit geldt voor bijvoorbeeld notenpasta (vanaf 4 maanden) en vis en ei (vanaf 6 maanden).  Andere veel voorkomende allergenen zijn onder meer: soja, tarwe, schaal- en schelpdieren en koemelk.

Samengevat

De introductie van vaste voeding is een bijzonder moment in de ontwikkeling van je baby. Of je nu kiest voor lepelvoeding, de Rapley-methode of een combinatie van beide, het belangrijkste is dat je een aanpak kiest die past bij jou en je baby. Zorg dat eten een positieve ervaring is, waarin plezier en ontdekken centraal staan.

Heb je vragen of zorgen over de voeding van jouw baby? Ik help je graag in mijn praktijk om van elke hap een succes te maken. Neem gerust contact op en ontdek hoe we samen kunnen werken aan een gezonde start voor je kleintje. Dit kan zowel fysiek als online.

Geschreven door Ann Berger, kinderdiëtiste


Ann Berger, kinderdiëtiste


Ann is diëtiste en heeft zich gespecialiseerd in selectief eetgedrag bij jonge kinderen. In haar praktijk helpt, ondersteunt en begeleidt ze ouders om hun kindje(s) gezond te laten opgroeien door een gezonde relatie met zichzelf en met voeding te ontwikkelen. Het is haar missie om de maaltijdmomenten leuk en gezellig te maken. Een moment van verbinding met het hele gezin.

Meer weten over Ann



Deel deze post