Misschien heb je het al gemerkt? Overdag moet je een pak minder luiers verversen dan voorheen en je kleintje blijft vaak droog na zijn dutje? Je peuter spreekt ook meer over pipi en kaka doen en hij of zij is zich meer bewust van wanneer ze naar ‘het toilet’ moeten gaan. Al deze zaken kunnen signalen zijn dat je peuter klaar is voor zijn potjestraining. Yay!
Observeer je kleintje!
Observeer je peuter en de signalen want observatie is samen met geduld één van de belangrijkste factoren tijdens de potjestraining. Zindelijk worden is een grote stap voor je peuter en net daarom mag je het niet onderschatten. Stel jezelf dan ook de vraag: ‘Wanneer is mijn peuter fysiek, metaal en emotioneel klaar om zindelijk te worden?’
Artsen zeggen dat een kindje tussen de 18 maanden en 2 jaar klaar is voor de training maar eigenlijk is er geen perfecte leeftijd. Elke peuter en soms zelfs kleuter leert op zijn eigen tempo en daarom is het heel belangrijk dat je geduld hebt en dat je je kindje geen gevoel van schaamte geeft wanneer het eens of nog niet helemaal lukt.
Hoe begin je aan de potjestraining?
Wanneer je merkt dat je kindje er klaar voor is dan begin je best op een rustig moment. Zodat jij en je kindje rustig de tijd kunnen nemen om het hele proces te doorlopen. Merk je na een week dat het helemaal niet lukt laat de potjestraining dan even aan de kant liggen en begin er na een maandje terug aan.
Enkele tips en tricks om je kindje door zijn training te helpen
- Regelmaat is key! Zet je kindje daarom om de twee uur eens op het potje en probeer dit ook te doen nadat ze iets gegeten of gedronken hebben. Vraag ook af en toe of je peuter niet eens naar het potje wil gaan zo herinner je hem nog eens aan het potje.
- Is het gelukt? Beloon je kleintje dan eens met een knuffel, een applausje, een sticker of een leuk complimentje. Iedereen houdt van wat positieve aandacht en al zeker je peuter maar overdrijf niet te hard want zo zet je misschien teveel druk op je peuter. Maak van op het potje gaan echt iets leuk en betrek je kleine spruit zoveel mogelijk in het proces, ook bij het doorspoelen of het legen van het potje.
- Geef je kindje nooit een gevoel van schaamte! Spreek niet van ‘stinkende kaka’ en behandel een ongelukje heel neutraal en wordt zeker niet boos. Een potjestraining heeft vaak wat ups en downs en dat is heel normaal.
- Kies het juiste potje! Beide voetjes op de grond kan comfortabel zijn voor je peuter, zorg daarom voor een mini toilet of een klein draagbaar potje. Een goed voorbeeld van zo’n potje is het zetelpotje van BabyBjörn. Het is ook belangrijk dat je het potje zet waar jouw kindje zich het prettigst voelt. Ga daarom samen op zoek naar de ideale plek. Gaat je kindje liever naar de grote wc zoals mama en papa, voorzie dan een opstapje en maak de wc-bril wat kleiner met een speciale wc-brilverkleiner. Ik hoor je denken, is dat wel oke een plastic potje? En ja hoor, plastic is een goed afwasbaar product met lange levensduur dat je niet zomaar zal wegwerpen. Bij BabyBjörn gebruiken ze bijvoorbeeld materialen die gecontroleerd en goedgekeurd zijn volgens strenge Europese normen; het zijn tenslotte producten voor de allerkleinsten!
- Kindjes kopiëren graag het gedrag van mama, papa of zelfs een oudere broer of zus. Neem daarom je kindje mee wanneer jij naar het toilet gaat en laat hen kennis maken met alle stadia van naar het toilet gaan. Van het gevoel dat ze moeten plassen tot het wassen van de handen.
Hoe zit het met bedplassen?
Kinderen hebben tijdens het slapen vaak minder controle over hun blaas. Het kan dus zijn dat je kindje overdag zindelijk is maar dat het ’s nachts nog in bed plast. Een nachtluier en een goede matrasbeschermer kunnen hier de redder in nood zijn voor rustige nachten. Nog een tip voor als je probeert om je kindje ’s nachts droog te houden, beperk dan het drinken voor het slapengaan en zet eventueel een potje op de kamer.
Peutermama’s
De gids voor een vrolijke en ontspannen peutertijd
Een peuter in huis? Dan is dit het boek voor jou! Met een peuter in huis breekt een nieuwe fase van het ouderschap aan: je kindje wordt steeds zelfstandiger, stelt honderden vragen, en… gooit zich af en toe op de grond in de supermarkt.
